Hoe kan je vermijden dat jonge bloesems lijden onder de nachtvorst?

Vooral Haspengouw en het Hageland veranderen tijdens de lente in prachtige landschappen met overal bloesemende bomen. Maar die jonge bloesems zijn teer en niet goed bestand tegen vrieskou. Negatieve temperaturen zorgen voor minder vruchten (kersen, appelen, peren, ...) en dus een lagere opbrengst.


Nu zijn er in het voorjaar altijd wel enkele dagen met nachtvorst: zeker in maart, soms in april en uitzonderlijk zelfs in mei (de beruchte IJsheiligen). Fruitkwekers volgen tijdens de lente dus heel nauwgezet het weerbericht. Schadelijke nachtvorst was er o.a. in april 1991, april 2001, april 2002, april 2003, april 2008, april 2014, april 2017 en april 2018. Vooral bij droog weer en een lage luchtvochtigheid kan de temperatuur 's nachts snel dalen.


Maar wat kan je doen om te beletten dat de bloesems bevriezen? Er zijn een aantal mogelijkheden. Bovendien kan de juiste keuze van perceel en ligging veel onheil voorkomen. Tenslotte bestaan er ook sterkere variėteiten - maar ik ben geen bioloog ;-)


De late nachtvorst hangt meestal samen met het optreden van helder en windstil weer. In die omstandigheden zakt de koude lucht naar de bodem, want koude lucht weegt zwaarder dan warme lucht. Op een hellend terrein is het dus belangrijk er voor te zorgen dat de koude lucht weg kan stromen door obstakels (hagen, beschuttingen, ...) te vermijden.


Om te zorgen dat de koude lucht niet stagneert, worden grote ventilatoren ingezet. Die moeten zorgen voor luchtcirculatie. Sommigen laten zelfs een helikopter op lage hoogte vliegen. Als de lucht goed mengt, zal de temperatuur minder snel dalen. Als de zon is opgekomen, gaat het kwik na een uurtje meestal in stijgende lijn.


Sommige fruitboeren zetten vuurpotten en gasbranders in om de lucht te verwarmen. Dat lijkt logisch... maar het levert niet noodzakelijk betere resultaten dan de ventilatoren. Warme lucht stijgt immers, dus de gegenereerde warmte blijft niet hangen.


Het beste en meest spectaculaire systeem is de beregeningsinstallatie. Hierbij komt een mooi stukje fysica kijken. Als natte bloesems bevriezen, zal er in de overgang naar een andere fase warmte vrijkomen. Het klinkt tegenstrijdig, maar het werkt wel degelijk. Bij het vormen van de ijslaag komt er warmte vrij. En die warmte (men spreekt over latente warmte) zorgt er voor dat de bloesem zelf niet bevriest. Het beregenen moet wel doorgaan tot een stuk na zonsopgang.


In de praktijk probeert men een zo dun mogelijk ijslaagje te produceren door te vernevelen in plaats te sproeien. Als de ijslaag te dik wordt, kunnen takken breken onder hun eigen gewicht. Men rekent op 12 m³ water per uur per hectare.


Warmte die vrijkomt als iets bevriest: dat kunnen veel mensen niet geloven. Nochtans kennen we het omgekeerde fenomeen heel goed. Bij positieve temperaturen blijft er nog geruime tijd sneeuw liggen. Er wordt volop warmte aangevoerd maar die warmte wordt gebruikt om de sneeuw te smelten, niet om de temperatuur van de sneeuw te verhogen. We meten in de smeltende sneeuw een temperatuur van 0°C.





Nog andere vragen?

Statistieken:
Online: 21
Vandaag: 757
Laatste week: 8.874
Pagina's: 38.592.463
sinds 15 aug 2010